Maak kennis met… #2 | Gabrielius Varnelis
In de serie ‘Maak kennis met…’ nemen we een kijkje achter de schermen van GROUP A. Ontmoet Gabrielius Varnelis. Hij is twee jaar geleden bij GROUP A begonnen nadat hij afgestudeerd was aan de technische universiteit van Vilnius Gediminas in Litouwen. Gabrielius begon als stagiair op het gebied van stedelijk ontwerp, maar hij veranderde zijn interesses geleidelijk aan. Hij is junior architect en werkt momenteel aan projecten zoals Harderwijk Station en Forum Utrecht Centraal Station. Gabrielius werkt voor het architectuurbureau. Tegelijkertijd beëindigt hij zijn meesters in architectuur aan de Technische Universiteit Delft. Wij bieden hem zes ‘kies-tussen-twee’ vragen.
De grootste uitdaging voor mij als architect is om
– bijhouden met nieuwe technologieën en wetenschap
– vasthouden aan mijn eigen handtekening
Gabrielius aarzelt niet een ogenblikje bij het beantwoorden van deze vraag: ‘Voor mij is het de tweede’. Hij is ervan overtuigd dat elke architect zijn eigen stijl in de architectuur moet ontwikkelen: ‘Maar je moet altijd aan je rol denken En verantwoordelijkheden als architect. ‘Hij legt uit hoe de gebruiker, het milieu en de manier waarop beide evolueren over de tijd centraal staan:’ Daarom is het zo moeilijk om een eigen stijl te behouden ‘.
Bij het starten met een nieuw project, heb ik vaak de neiging om
– eerst een idee hebben, dat tijdens het proces kan worden aangepast
– schrijf het procesplan van begin tot einde neer
‘Ik denk dat het beide is’, antwoordt Gabrielius. Hij voegt eraan toe: ‘Soms heb je een sterk idee of concept voor het ontwerp, maar als je vooruit beweegt, verandert het. Dan moet je terug stappen om de grotere foto te zien en je oorspronkelijke idee te veranderen. ‘Hij vertelt over een populaire frase in GROUP A, hoe architecten vaak gedwongen worden hun baby’s te doden. Gabrielius: ‘Je kunt niet te streng zijn over je eigen ideeën.’
Architecten zijn
– voornamelijk artiesten
– voornamelijk ondernemers
Gabrielius zegt dat architecten volgens hem een beetje moeten zijn: ‘Je moet altijd herkennen wat de culturele waarde van je werk is, maar vergeet nooit de realisatie van het idee. Je werk kan mooi zijn, maar als je ook geen ondernemer bent, heb je nooit de kans om je werk te laten gebeuren. Het is transdisciplinair. ‘
Gabrielius vertelt dat een van zijn collega’s in GROUP A, Adam Visser, vaak opmerkingen maakt over hoe boos hij moet leren en dat hij zich altijd streeft naar zowel de artistieke als de ondernemende elementen van zijn werk. Gabrielius: ‘Architectuur omvat eigenlijk veel gebieden. Het gaat niet alleen om kunst en bedrijf, maar ook over technologie en zelfs maatschappelijk bewustzijn. We zijn een beetje van alles, daarom vind ik het leuk om over al deze afdelingen de meest moderne kennis te hebben. ‘
Bij het afronden van een project ben ik
– tevreden met het eindresultaat, en kijk niet terug
– vaak bezig met gedachten over hoe ik het project nog verder kon verbeteren
Voor Gabrielius is het de eerste: ‘Er is altijd ruimte voor verbetering, maar tegelijkertijd probeer ik het beste wat ik kan. Daarom kijk ik niet zo veel terug. Als u vaak veel terugblik op uw werk kijkt, zul je geen nieuwe uitdagingen kunnen ondervinden. ‘
Collega’s beschrijven mij als
– een denker
– een doener
Op deze vraag antwoordt Gabrielius met wat er als tegenstrijdigheid in het eindpunt lijkt te zijn, waarin hij zegt dat hij denkt dat hij een dader is. Echter, hij legt uit: ik denk graag voor het doen, maar als ik eigenlijk weet hoe ik het moet doen, ben ik erg gefocust en praktisch. ‘
En op het werk: is Gabrielius de serieuze, of degene die grappen scheurt? Wat zouden zijn collega’s zeggen? Hij antwoordt meteen: ‘Oh nee, ik ben erg serieus, soms te serieus!’ Dan begint hij te lachen. ‘Weet je wat? Ik ga ze gewoon vragen. ‘Het lijkt erop dat hij heel serieus is, maar zeker niet te veel.
In de weekenden denk ik aan
– werk; Nieuwe projecten en ontwerpen
– familie, vrienden en ontspanning
Gabrielius zegt dat hij niet veel vrije tijd heeft. Hij wil de kans vinden om nieuwe mensen te ontmoeten wanneer hij klaar is met zijn studie. Hij vertelt dat hij liever zijn vrije tijd besteedt aan mensen die voor hem kostbaar zijn, dan op vrije tijd en entertainment. Gabrielius: ‘Ik waardeer mensen die dicht bij mij zijn. Helaas kan ik mijn familie niet te vaak zien, omdat ik in een ander land woon. Maar elke keer dat ik de kans heb, bezoekt ik hen. ‘
De toekomst
Hoe ziet Gabrielius zijn toekomst in? Hij antwoordt dat hij hoopt zijn studie succesvol af te ronden. Hij wil graag in GROUP A blijven werken. Gabrielius houdt ervan dat de Nederlandse architectuurbureaus geen enkele benadering hebben. Hij concludeert: ‘Misschien, na een aantal jaren, kan ik weer naar Vilnius gaan en de Nederlandse integrale methode in de architectuur daar toepassen.’